Startpagina → Boerderijen → Zoekresultaat |
Aantal gevonden objecten : 1 (uit: 23)
|
||
|
Klik op object voor vergroting en meer informatie
1. |
Recordnummer: 0005
de Clufte Leeuwte 45 -- Sint Jansklooster   De achterste delen van de boerderij “De Clufte”, vormden vroeger de zijschuur van de naastgelegen “Erve op den Hoek” [zie record Leeuwte 43]. Die boerderij werd ook wel ‘Middachten’ genoemd, naar de adellijke eigenaren van de hoeve in de periode eind 18de tot midden 19de eeuw. Begin 19e eeuw -vóór 1825- werd aan Erve op den Hoek een zijschuur gebouwd om meer ruimte te creëren voor de rosmolen, de hooiopslag en de stalling van het vee. In 1846 verkochten de erven van Reint Willem van Middachten Erve Op den Hoek aan Evert Lok, die in 1872 een stenen voorhuis voor de zijschuur bouwde, om meer woonruimte te creëren voor zijn gehuwde kinderen. Daardoor ontstond de situatie zoals op foto 2: de oude boerderij bovenaan horizontaal, de zijschuur vertikaal en het nieuwe huis linksonder. Toen Evert Lok in 1878 overleed, erfden zoon Klaas Lok en diens vrouw Jentje Lucasen Apperlo Erve Op den Hoek: ‘het oude huis zoals dat vroeger door erflater werd bewoond en gebruikt’ (nu no 43). Maar ‘het voor enige jaren bijgebouwde nieuwe gedeelte met de dwarsbalken’ [de zijschuur, nu no 45] werd verkocht aan Jan Dragt en Jan Hermens Post maar Klaas z'n dochter Jantje Lok en haar echtgenoot Siemen van der Linde bleven er nog wonen. In 1886 ging dit deel van de boerderij over naar Wolter Jans Post en Neeltje Jans van der Linde en in 1892 naar Albert Stoffelzn Weijs. In 1911 werd Hendrik Gerrit van Dalen hier boer. Toen werd een deel van de zijschuur afgebroken, waardoor de twee boerderijen nu los naast elkaar kwamen te staan (zie foto 3 en foto 6). Waarschijnlijk gebeurde dit omdat er minder ruimte nodig was voor de karnmolen nu de melkfabriek het boter maken had overgenomen van de boerin en het opkomende inkuilen en krachtvoer leidde tot minder hooiopslag. Boerderij de Clufte zag er toen zo uit als op foto 4: het hoge scheefstaande deel is de oude zijschuur, het lagere voorste deel rechts is het 1872 gebouwde voorhuis. In 1920 kocht Evert Klaaszn van Benthem de boerderij, die deze al snel (1924) overdeed aan Hendrik Dirkzn Winters en zijn vrouw Lammigje Lok. In 1933 kwam hun dochter Marrigje met haar man Willem van der Linde op de boerderij. In die jaren stonden de koeien in een grupstal tegen de achterwand van de boerderij met mestdeuren in de achterwand. Direct achter de stal was buiten een kleine gierput, waar de grup op uitliep. Het hooi werd tussen het gebinte opgetast. Het voorste stuk van de deel tegen het woonhuis aan was afgeschermd met een houten schut. Hier was de put en de karn- en spoelplek en een slaapplaats voor de knecht. De varkenshokken lagen aan de westkant van de baanderdeuren en de paardenstal daarachter. Onder het oostelijke deel van het voorhuis is een kelder, die vanuit de deel bereikbaar was. Daarboven waren bedsteden. In het midden de pronkkamer met schouw. Aan de westkant de woonkeuken. Na de Tweede Wereldoorlog werd het steeds moeilijker om als kleine boer een belegde boterham te verdienen. In 1949 vertrokken Willem van der Linde en Margje Winters met hun kinderen naar Ontario in Canada. Dochter Wilhelmina Winters en haar man Evert Jan Lubbertszn van Benthem, kwamen toen op de boerderij (zie foto 5). Hij verkocht de boerderij en het land in 1967 aan Stichting Beheer Landbouwgronden, die de boerderij en grond doorgaven aan de Vereniging Natuurmonumenten. De koopsom gebruikte Evert Jan als aanbetaling op de nieuwe boerderij die hij in het kader van de ruilverkaveling zou laten bouwen. Zie foto 6 voor straatbeeld uit die tijd. Na een tijd van leegstand deed de boerderij een paar jaar dienst als creatief centrum, waar het de naam ‘de Clufte’ aan te danken heeft. De boerderij werd in 1987 verkocht aan Hans Moritz en Gerrie Weijs die er een woonhuis van maakten. In 2000 namen de huidige beoners deze prachtige woning over (zie foto 1 en 7). |
Laatste wijziging binnen getoonde objecten: 24 juni 2022