Stadsmuseum Vollenhove

Stadsmuseum Vollenhove

Werkgroep Agrarisch Erfgoed

Startpagina Boerderijen Zoekresultaat

Zoekresultaat:    Nieuwe objecten op internet van afgelopen week     

Aantal gevonden objecten : 5   (uit: 25)


Uitgebreid zoeken

Klik op object voor vergroting en meer informatie

1. Recordnummer: 0025  

Leeuwte 10, -- Sint Jansklooster          
Volgens het Kadaster is in 1832 Johannis (Jannes) Stoffels Wijs (het Kadaster noteert: Jannes Stoffers Wijs!) de eigenaar van een boerderij “in de Leeuwterkampen”. Jannes (landbouwer) was getrouwd met Jentien Alberts Trijntje Meilofs. Foto 2 laat zien dat in die tijd het een grote boerderij betrof die parallel aan de weg lag. Er lag een grote boomgaard naast en bouwland erachter.

Na Jannes dood in 1847 kwam Teunis Roelofs Mooiweer (landbouwer) op de boerderij omdat hij getrouwd was met Jannes’ dochter Hilligje Jans Wijs.
Toen Teunis in 1864 overleed kreeg zoon Jannes Mooijweer het vruchtgebruik van de boerderij. In 1872, na het overlijden van zijn moeder, werd hij ook de eigenaar. Jannes trouwde met Vrouwkjen Willems Beld.

In 1907 werd een deel van de boerderij en het land verkocht aan Hendrik Jacobs Prins (zie foto 2).

In 1908 werd Roelof Jannessen Mooijweer (het Kadaster schrijft Mooiweer) de eigenaar van Leeuwte 10. Roelof was in 1897 met Neeltje Stoffels Leeuw getrouwd, maar zij overleed al in 1900. Twee jaar later hertrouwde Roelof met Aaltje Hendriks van der Linde. Het lijkt erop dat Roelof en vrouw bij z’n ouders inwoonde. Roelof stond aanvankelijk nog als landbouwer (als rechterhand van z’n vader), maar later stond hij als arbeider geregistreerd. Blijkbaar was de verkoop van het schuurgedeelte van de oude boerderij in 1907 ook het einde van hun agrarisch bedrijf.

In 1910 brak buurman Prins zijn deel van de oude boerderij af om daar een nieuw boerderijtje te bouwen: Leeuwte 8 (zie foto 3; zie ook de beschrijving van Leeuwte 8 in de beeldbank).

In 1939 werd de boerderij herbouwd na een grote brand (een neefje speelde met vuur in het hooi!). Op het erf achter de boerderij werd in 1943 een grote schuur/veestalling neergezet (zie foto 4).
Na het overlijden van Roelof in 1943 werd zoon Klaas Roelofs Mooijweer formeel de eigenaar maar waarschijnlijk runde hij toen al enkele jaren de boerderij. Hij trouwde in 1937 met Elizabeth (Lies) Hendriks Korthoef en zijn vader en zus woonden bij hen in. Uit een oude plattegrond (zie foto 6) valt op te maken dat het woonhuis destijds bestond uit twee kamers: een grote kamer met schouw en bedsteden en een kleinere kamer, waarschijnlijk de woonkeuken, waarin ook de voordeur. Achter het woongedeelte was de deel en de paardenstallen. Aan de westkant langs de deel en het woongedeelte was de stal voor het jongvee (zie op foto 5 rechts op de plattegrond). Melkvee stond in de oude veestalling achter het huis.

Naast de boerderij lag een ruime boomgaard (zie foto 6). Achter de boerderij was het land opgedeeld onder diverse eigenaren die over het erf van de Mooijweer’s moesten om naar hun landje/moestuin te komen, wat wel eens overlast gaf.
In 1950 werd de boerderij verbouwd. Het westelijke deel met de stal (grotendeels in hout opgetrokken) werd afgebroken, de voordeur werd verplaatst naar de zijkant van het huis en de grote kamer werd in gesplitst (zie foto 7).
Klaas verbouwde in die jaren nog veel rogge, dat in mijten naast de schuur werd opgeslagen (zie foto 8) tot de grote dorskast, zo groot dat die nauwelijks het erf op kon, langskwam om het graan te dorsen.
In 1963 kregen ze de kans om -in het kader van de ruilverkaveling- een nieuwe boerderij te betrekken aan de Duinweg no 1 bij Blokzijl (zie foto 9). Aanvankelijk zou oudste zoon Roelof op die nieuwe boerderij komen, maar diens vrouw zag er erg tegen op om daar te gaan wonen. Vader Klaas had al een baan aangenomen in een textielfabriek in Twente, maar besloot toen alsnog met vrouw en kinderen naar Blokzijl te verhuizen om daar te gaan boeren. In de stal op Leeuwte 10 hield hij nog wat varkens.
Zoon Roelof Mooijweer, getrouwd met Geertruida (Trui) Lassche, bleef wonen op Leeuwte 10 en zou zich meer op de rietteelt gaan richten. Vader Roelof liet hier in 1967 nog de varkensschuur vergroten (zie foto 10). Roelof werd in 1972 formeel de eigenaar van het pand.

Dochter Ellen Mooijweer zou in de negentiger jaren trouwen met Guus Mooiweer (familie van haar vijf generaties terug) en hier gaan wonen nadat ze ook de deel van het boerderijtje verbouwden tot woonhuis.



 

2. Recordnummer: 0026  

Schaarweg 22 -- Sint Jansklooster          
In 1855 kochten Marrigje en Jacob Harms van der Linde (broer en zus) een stuk bouwland in het “Molenblok” en bouwden daar een huis op. In 1857 trouwde Marrigje met Teunis Egberts Souman en werd zij alleen eigenaar. Marrigje overleed in 1887 en Teunis in 1899.
In 1900 werd zoon Egbert Teunis Souman de nieuwe eigenaar. Hij trouwde met Jansje Hendriks Giesen. Naast de boerderij stond toen al een bergplaats met hooiberg en achter de boerderij een (varkens?-)schuur (zie foto 2).
In 1903 werd de muur van het woonhuis aan de oostzijde ca een meter naar buiten geplaatst en werd hier een raam ingezet (zie foto 3). In 1910 werd de muur aan de westzijde van woonhuis en schuur nieuw opgemetseld en een stuk naar buiten verplaatst. Daarbij werd die buitenmuur ook een stukje verhoogd en werden de mestdeurtjes in de zijmuur vervangen door raampjes. In 1910 werd tevens de oude schuur achter de boerderij afgebroken om ruimte te maken voor een verlenging van de veestal langs de westzijde van de boerderij. Ook werd verder naar achteren op het erf een (varkens-?)schuur gebouwd (zie foto 3). Het is waarschijnlijk dat bij deze verbouwing ook een klein raam in de voorgevel boven de kelder werd vervangen door een groot zesruits schuifraam, waardoor het huidige vooraanzicht ontstond (zie foto 1).
Egbert overleed in 1915, terwijl Jansje al eerder overleed. De boerderij kwam in 1921 op naam van zoon Hendrik Egbertszn Souman. Hendrik trouwde met Lammigje Jansen Drok. Registreerden al zijn voorgangers als “landbouwer”, Hendrik registreert als “veehouder”, wat de trend in de regio weergeeft van de overgang van het oorspronkelijk gemengde bedrijf naar een meer gespecialiseerde veehouderij. Waarschijnlijk liet Hendrik de gierkelder naast de boerderij aanleggen.
In 1939 verkocht Souman de boerderij aan Hendrik Alberts Tuin en diens vrouw Lubbigje van Benthem (zittend in het midden van foto 4, omringd door hun kinderen). Hendrik overleed al een paar jaar later (in 1942), waardoor de boerderij op naam van Lubbigje en de 8 kinderen kwam en Lubbigje samen met de kinderen de boerderij moest voortzetten.
Na het overlijden van Lubbigje in 1956 werd zoon Jan Hendriks Tuin in 1957 de eigenaar van Schaarweg 22 en in datzelfde jaar trouwde hij met Jantje Slot. In 1963 werd het stookhok tot keuken verbouwd (zie foto 5) en werd de deel door een brandmuur van het bedrijfsgedeelte gescheiden. Op de zolder werden slaapkamers gemaakt. Het tongewelf van de kelder -onder de kamer aan de westzijde met ingang aan de deel- werd verwijderd, evenals de bedsteden die daar boven lagen (maar de deurenwand van de bedsteden werden voor een kastruimte hergebruikt). Ook de muren van de gang werden grotendeels weggebroken, van de gang rest nu slechts een kast.
In 1978 werd aan de achterzijde van de boerderij nu ook aan de oostzijde een stuk aangebouwd, maar dit keer niet met rieten kap, maar afgedekt met golfplaten. Deze uitbouw maakte het mogelijk om een tweede rij stallen voor het vee in de boerderij te maken. In 1988 werd een mestsilo neergezet.
In 1992 namen Annie Tuin en haar man Piet Roskam de boerderij over van haar ouders (zie foto 6 voor de dan bestaande situatie). In 1995 werd een nieuwe varkensstal gebouwd, die in 2001 werd vergroot en gemoderniseerd in verband met de milieueisen. In 1998 werd een jongveestal en machineberging gebouwd opzij van de boerderij. In 2006 werd deze vergroot en omgebouwd tot een ligboxenstal met melkkamer. In 2010 werd een nieuwe machineberging gebouwd (nu in gebruik voor rietopslag) (zie foto 7).
In 2016 stopten Piet en Annie met de melkveehouderij en kwam de nadruk te liggen op de varkens, kalveropfok en rietteelt.
 

3. Recordnummer: 0030  
de Molsbongerd
Leeuwte 27 -- Sint Jansklooster          
In 1916/1917 bouwt Klaas Harms Souman (1874-1962, getrouwd met Annigje Hendriks van der Sluis uit Genemuiden) een huis met schuur en stookhuis in de boomgaard van zijn vader Harm Egberts Souman en moeder Marrigje van der Linde die een paar jaar eerder overleden waren (1909 resp. 1910) en gaat daar boeren. Broer Egbert blijft in het ouderlijk huis daarnaast wonen en werken (zie de beschrijving van Leeuwte 29). Noot: De naam van de vader van Harm (Egbert) werd nog geschreven als Souwman. Ook diens broer Jurriën en zijn nakomelingen schrijven Souwman.
In 1936 verkoopt Klaas Souman de boerderij aan Klaas Koops van Benthem (1883-1960), ook “landbouwer”, die getrouwd was met Geertje Jannesen Voermans (1893-1970). Het lijkt erop dat zij kinderloos bleven.
In 1953 vind er een “aanbouw” plaats, waarbij aan de oostzijde de voorkamer wordt verbreed, zodat de buitenmuur in het verlengde van de muur van de schuur kwam te liggen (zie Foto 4 en 5). Hier kwam de familie Dikken te wonen (een tante met haar man).
In 1959 koopt Stichting Beheer Landbouwgronden (SBL) de boerderij op die deze, na afsplitsing van het weiland daarachter, hetzelfde jaar nog doorverkocht aan Albert Harms Kwast (1915-1981) die getrouwd was met Marrigje Everts van der Linde (1919-1972) die huishoudster van beroep was. Kwast had voordien een stadsboerderijtje in Vollenhove, dus was hier waarschijnlijk sprake van één van de bedrijfsverplaatsingen in het kader van de ruilverkaveling.
De plattegrond (Foto 4) laat zien dat de boerderij in die jaren aan de westkant een grupstal voor zo’n 18 koeien had. Daarvoor was de spoelplaats en vandaar kon je de kelder in (waarschijnlijk via schuine klepdeurtjes) en naar buiten naar de regenput. Aan de oostkant was tussen de twee stel baanderdeuren een paardenstal en een stal voor jongvee. Aan de achterzijde een stal voor jongvee en een varkenshok. In het midden de hooitas. Het voorhuis had aan de ene kant de woonkamer met schouw, twee bedsteden en een kast en aan de andere zijde de kamer-keuken met kleine schouw, kast en één bedstee waaronder de kelder. Daartussen zat een gang met de voordeur. Vroeger kon je doorlopen naar de deel maar later zou hier een trap naar boven worden gemaakt met daaronder een toilet met ingang aan de deel. Met een stippellijn is de uitbreiding aangegeven waar de familie Dikken zou komen wonen.
Naast de boerderij stond een grote schuur, die eind negentiger jaren zou worden vernieuwd.
Na het overlijden van Albert Kwast veranderde de boerderij in korte tijd diverse malen van eigenaar tot de boerderij in 1982 gekocht werd door Tonnie en Gerda de Vries die het in slechte staat verkerende pand zouden renoveren (o.a. verzakte zijmuren rechtzetten, het gebinte versterken met trekstangen en extra balken, achtermuur afbreken en steen voor steen afbikken en weer opbouwen) en de indeling aanpasten met gebruik van een stuk van de deel. Zij konden via via ook het stuk land achter de boerderij weer terugkopen. Hier zouden ze in 1997 een boerderijcamping beginnen: “de Molsbongerd”, naar de naam van de boomgaard waarop de boerderij ooit gebouwd werd. Het schijnt dat die naam is afgeleid van Mej. Mol die deze boomgaard rond 1900 gebruikte.
 

4. Recordnummer: 0032  
de Vlaskamp
Oppen Swolle 15 -- Vollenhove          
In 1854 kocht (kreeg?) Peter Hendriks Spans (1800- ?), getrouwd met Marrigje Stam het perceel G 1147 aan de Grintweg (zie Foto 2) van de vader van Marrigje (Jurrien Jans Stam). Marrigje overleed een paar jaar later en Peter trouwde toen met haar zuster Trijntjen.
In 1857 laat hij daar een boerderijtje op bouwen (wijk B 102) (zie Foto 3). In 1859 neemt hij zijn zoon Hendrik op als mede-eigenaar. In 1872 laat hij er een woonkamer bijbouwen.
In 1887 erft Hendrik Peters Spans (1825-1892) het huis. Hij was eerst getrouwd met Geesje Edelenbos, die in het kraambed van haar tweede kind overleed, en vervolgens met Zwaantje Mondriaan (1845-1926).
In 1915 raken ze een stukje van hun land kwijt voor de aanleg van de spoorbaan voor de stoomtram (zie foto 4).
In 1920 gaat het eigendom over naar Peter Hendriks Spans (1873-1957) de oudste zoon van Hendrik en Zwaantje. Peter bleef blijkbaar kinderloos en hij verkocht de boerderij in 1942 aan z’n neef Jan Rorije, een zoon van Zwaantje Spans (dochter van Hendrik en Zwaantje Spans) en Daam Rorije. Jan Rorije (1903-1990) trouwde met Hendrikje Visscher (1906- 1969) uit Vollenhove (zie foto 5).
Jan liet in 1948 een rechthoekige hooischuur bouwen (zie foto 9). Het erf zag er in die tijd zo uit als op Foto 6 met grote boomgaard, moestuin, varkenshok, hooiberg, een berghok/washok en het houten toilet daarachter.
De koeien stonden in die tijd aan de achterzijde van de boerderij met mestluiken in de achtermuur waardoor de mest op de daarachter gelegen mestvaalt werd gegooid (zie foto 7). In het midden was de hooitas met rechts naast de baanderdeuren de stallen voor paard en stier en links een slaapkamertje en de spoelruimte met pomp. Ongedorst graan werd bewaard op de zolder van het voorhuis tot het gedorst kon worden. Daarvoor huurden de buren gezamenlijk een dorskast uit Staphorst.

In 1959 zou er een aanbouw aan de hooischuur gemaakt worden (zie Foto 9) met daarin een koeienstal voor zo’n 11 koeien. De oude varkensschuur werd omgebouwd tot jongveestal, de pinken kwamen achterop de deel waar vroeger de melkkoeien stonden.

In 1965 ging het eigendom van de boerderij over naar Hendrik (Henk) Lok (1940 - 2021) die trouwde met Hendrikje (Hennie) Rorije. Zij lieten de boerderij flink verbouwen (verbreding van het voorhuis voor een keuken, trap naar boven en slaapkamers boven met ramen, een douche en wc halverwege de deel in een daar al bestaande slaapkamer, zie foto 10).

Rond de oude rechthoekige hooiberg werden in de jaren nadien stap voor stap ook aan de andere zijden een stal aangebouwd, met per zijde telkens plaats voor zo’n 10-11 koeien, zodat de veestapel nu rondom het hooi stond.

Toen eind zestiger jaren de provinciale weg werd aangelegd kwam de boerderij opeens tussen twee wegen te liggen: de vroegere Grintweg en de nieuwe provinciale weg, met een groot deel van hun land aan de overkant van die weg, wat niet erg handig was! (zie foto 12).

In 1974 werd een zeskantige hooiberg naast de boerderij gezet (zie foto 13) en in 1975 kwam er een kapschuur achter de boerderij (zie foto 14). Nu er geen hooi meer in de oude rechthoekige hooischuur hoefde te worden opgeslagen, werden er ook in het midden daarvan wat stallen bijgebouwd. De situatie op het erf is daarna zoals op de schets op foto 15.
In 1976 wordt de boerderij weer verbouwd: de muur naar de keuken wordt deels doorgebroken zodat de woonkamer wordt vergroot (zie foto 16).
Begin tachtiger jaren ontstaan plannen om de oude hooischuur te verlengen zodat er twee lange rijen koeien zouden kunnen staan met een brede deel in het midden. Maar na enig rondkijken bij andere boeren besloot Hendrik Lok in 1983 om een ligboxenstal te bouwen aan de andere kant van de provinciale weg (zie foto 17).
In 1989 nam zoon Klaas Lok de leiding in het agrarisch bedrijf over, maar niet de oude boerderij (Oppen Swolle 15) want een jaar eerder bouwde hij aan de overkant een nieuwe bedrijfswoning (# 15a; zie foto 18). In 1998 werd naast de ligboxenstal een grote rietopslagplaats bijgebouwd (zie foto 19 rechtsboven).
De broer van Klaas (Johan Lok) nam in 2001 de oude boerderij over van hun ouders. Het huis werd toen opnieuw verbouwd waarbij de deel bij de woning werd getrokken en de raamindeling aan de voorzijde (ten goede!) werd aangepast (zie foto 1). Ook het erf werd heringericht waarbij de oude schuren, stallen en hooiberg verdwenen en vervangen werden door één grote werkschuur (zie foto 20).
Het jaar daarop stopte Klaas Lok met de melkveehouderij en concentreerde zich op de rietverwerking en kalveropfok.
 

5. Recordnummer: 0033  
[Erve] Flinkenbosch
Barsbeek 17 -- Sint Jansklooster          
Al voor 1832 bewoonde Derk Luiten Klaver (een turfboer, 1788-1866) een boerderijtje op de Kluitenberg (zie foto2 midden). De kaart laat zien dat er ten zuiden van de boerderij een moestuin was en links en rechts een boomgaard (de boomgaard achter het huis was van een andere eigenaar).
Derk was getrouwd met Jannetje Hendriks Spans (1791-1853)
In 1842 brandde dit huis af en werd er een nieuwe boerderij gebouwd (zie foto 3) met ernaast een stookhok en (verder naar achteren) een turfhok.

Het jaar daarop kocht Jan Willem baron Sloet tot Old Ruitenborgh (verificateur, 1792-1863) de boerderij. In 1863 erfde Gerard baron Sloet van Marxveld (tot Oldruitenborg) (dijkgraaf) o.a. deze boerderij. Wie er in deze jaren als pachter(s) op de boerderij gezeten hebben, is (ons) niet bekend.

In 1885 kocht Derk Derks Klaver (1831-1916) het pand samen met zijn zusters Juditje (1820-1895, ongetrouwd) en Annigjen (1828-1893, de weduwe van Jan Willems Bovendeur). Derk trouwde met Doortje Jans Ijspeert (1824-1916). Klaver maakt van de grote moestuin ook een boomgaard.

In 1890 kwam de boerderij op naam van Juditje Klaver en Annigjen Bovendeur-Klaver. Na het overlijden van Annigjen in 1893 en Juditje in 1895 ging de boerderij over naar de dochter van Annigjen: Jantjen Jans Bovendeur (1857-1941) die hertrouwde met Harm Jans Spans (1865-1955).
In 1942 ging de boerderij over naar hun zoon Harm-Jan Harms Spans (1896-1943) die in 1929 was getrouwd met Lammigje van der Linde die helaas twee jaar later al overleed. In 1936 hertrouwde hij met Truitje Jans van der Sluis (1910-1992) uit Genemuiden. Ook dat huwelijk duurde niet lang want Harm-Jan overleed zeven jaar later. Truitje en de kinderen Jantje, Jan en Harm-Jan (1943) waren de erfgenamen. In 1945 hertrouwde Truitje met Willem Everts van Benthem (1905-1985).
In 1948 werd de schuur van de boerderij verbreed (meer dan 1,5 m.), verlengd (7 meter) en verhoogd, waardoor de boerderij een ander profiel kreeg (zie foto4).
In 1950 werd er een gierkelder gebouwd en in die periode werd in het verlengde van het stookhok een varkensschuur gebouwd en daarnaast een kippenhok (zie foto 5).
In 1957 zou verder naar achter een hooiberg gezet worden (zie foto 6).
In de zestiger jaren werd aan de zijkant en achter de oude turfschuur, al in gebruik als varkensschuur, een stal aangebouwd, eerst voor varkens en later voor jongvee (zie foto 6).

De schets op foto 7 geeft de situatie op het erf begin zestiger jaren weer. De indeling binnen de boerderij zag er toen ongeveer zo uit als op Foto 8.
In 1969 nam Harm-Jan de boerderij over van (stief-)vader Willem.
De groeiende veestapel leidde in de jaren daarna tot diverse aanpassingen binnen de oude boerderij. Eerst moesten de paardenstal en kalverhok (zie foto 8) wijken voor een nieuwe rij koeien aan de zuidzijde van de boerderij. Daarbij werden de baanderdeuren geblokkeerd. Er werden daarom nieuwe deeldeuren aan de achterzijde van de boerderij gemaakt (zie foto 9). Het is waarschijnlijk dat de deeldeuren bij de boerderij van 1843 ook al op deze plek zaten !. Die tweede rij ging dan weer ten koste van de potstal voor het jongvee die voordien hier was (zie foto 8).
De nieuwe hooiberg en het toenemende inkuilen van gras maakten dat enkele jaren later de hooitas in de boerderij vervangen kon worden door nóg een rij melkkoeien (zie foto9).
Maar het aantal koeien bleef groeien en in 1979 werd een ligboxenstal voor 70 koeien gebouwd naast de oude boerderij (zie foto 10).
In 1981 werd het woongedeelte grondig verbouwd. De muur van de voorgevel werd hoger opgetrokken zodat de slaapkamers boven nu een raam aan de voorzijde konden krijgen. De nok van het voorhuis kwam nu op dezelfde hoogte te liggen als die van de schuur (zie foto 12).
In 1983 werd er direct achter de boerderij een grote wagenberging gebouwd (zie foto 13).
In 1992 werd de ligboxenstal naar achter toe verlengd (zie foto 14).
In 1995 werd een mijlpaal bereikt (zie foto 15): de eerste koe met meer dan 100.000 liter (er zouden er meer volgen).
In 1997 werd een maatschap opgezet met zoon Hermen.
In 2000 werd een jongveestal naast de ligboxenstal gebouwd (zie foto 16). Er moest bijna twee meter zand worden aangebracht om deze stal te kunnen bouwen. Iets zuidelijker werd een tweede bedrijfswoning gebouwd waar Harm-Jan en Lammie gingen wonen (zie foto 16) zodat Hermen en Leanne de woning in de oude boerderij konden betrekken. In 2003 namen zij het bedrijf over.
Vanaf 2014 zou Barsbeek 17 als nevenvestiging gaan dienen (met name jongvee en zieke en drachtige koeien) daar het hoofdbedrijf verhuisde naar Oppen Swolle 23 (Weidevol).
 

 

Uitgebreid zoeken

Laatste wijziging binnen getoonde objecten: 15 maart 2023